Geslaagd voor de Turing test! Maar wat betekent dat eigenlijk?
Verschenen in Columns en Opinie, Focus, Nieuws, Volkskrant

Heeft u wel eens gepraat met Anna, de online assistent van Ikea? Anna kan eenvoudige vragen beantwoorden over het assortiment van Ikea. Een goed gesprek zult u echter niet met haar hebben. Anna is namelijk geen mens, maar een computerprogramma. Om een echt gesprek te voeren moet een computer niet alleen zinnige antwoorden kunnen formuleren, ook moet hij begrijpen wat u precies tegen hem zegt en daarop reageren. In 1950 bedacht wiskundige en informaticus Alan Turing wat inmiddels bekend staat als de Turing test, waarin een computer een gesprek met een mens moet voeren om daarmee te tonen dat het een intelligente machine is. Onlangs berichtte de universiteit van Reading dat een automatisch chatprogramma geslaagd was voor de Turing test. Op dat resultaat is echter het een en ander aan te merken.
De heilige graal in de kunstmatige intelligentie is het bouwen van een intelligente machine. Maar wat betekent dat eigenlijk, om intelligent te zijn? In de tijd van Alan Turing, maar eigenlijk nu nog steeds, vroeg men zich af of computers ooit zouden kunnen nadenken. In een poging om die vraag concreter te maken, bedacht Turing zijn beroemde test. Het enige dat je echt aan een test kunt onderwerpen, was volgens hem de output van een computer. In Turings test zou een onafhankelijke jury tegelijkertijd met een computer en met een mens moeten interacteren. Om uiterlijke verschijningsvormen niet mee te laten wegen, zou dat een gesprek via getypte tekst moeten zijn. Wanneer de jury niet meer kan onderscheiden wie de mens is en wie de computer, dan is die computer blijkbaar in staat om intelligent gedrag na te bootsen.
Turing presenteerde hiermee een concrete manier om te testen of een computer een intelligent mens kan nabootsen. Of die computer dan ook daadwerkelijk intelligent is, daar kun je uitgebreide filosofische discussies over hebben. Binnen de kunstmatige intelligentie is de test vooral een leuke uitdaging geworden voor het bouwen van een chatprogramma. In de jaren ’60 was er al Eliza, die vooral veel ontwijkende vragen en vage antwoorden gaf. Probeer zelf eens een praatje te maken met Eliza. Ze weet de schijn redelijk op te houden, maar toch hebben we vrij snel door dat ze geen mens is.
Eugene Goostman heet het chatprogramma dat nu volgens de universiteit van Reading geslaagd zou zijn voor de Turing test. Tijdens het evenement Turing Test 2014 werden in totaal vijf chatprogramma’s aan de test onderworpen. 30 juryleden voerden elk vijf keer vijf minuten lang gelijktijdig een gesprek met een computer en met een mens. Geheel volgens Turings aanwijzingen mochten de juryleden alles vragen wat ze wilden (behalve het uitvoeren van praktische taken zoals ingewikkelde rekensommen die een mens nooit zou kunnen oplossen) en moest een jurylid steeds tussen twee kandidaten kiezen wie de mens en wie de computer was.
Volgens de universiteit van Reading zou een computer slagen voor de Turing test als 30% van de juryleden tijdens gesprekjes van vijf minuten gelooft dat de computer eigenlijk een mens is. Eugene Goostman overtuigde 33% van de juryleden. Turing stelde zelf echter nooit erg concrete regels voor zijn test. Dat de gesprekken slechts vijf minuten hoefden te duren, en dat slechts 30% van de jury er in hoeft te trappen, dat is zeer discutabel. Zo stelden KI-specialisten Ray Kurtzweil en Mitchell Kapor samen een veel strengere regelgeving op: volgens hen moeten de gesprekken elk 2 uur duren, en moet een chatprogramma tenminste twee van de drie menselijke juryleden voor de gek weten te houden.
We kunnen ons afvragen waarom Turing zo weinig specifiek was over de precieze uitvoering van zijn Turing test, terwijl die toch bedoeld was als concretisering van een vaag probleem. Wellicht moeten we zijn test zien als een visie voor de toekomst, niet als een test waar je goed of fout op kunt scoren. Immers, Turings zag voor zich hoe het gedrag van computers ooit misschien niet meer te onderscheiden is van dat van een mens. Dat als je als jurylid met een mens en een computer tegelijk praat, dat je dan niet meer kunt bepalen wie wie is. Als een aantal juryleden in één gesprek van vijf minuten overtuigd is, is dat een kleine eerste stap.
Eugene Goostman stelt een 13-jarige jongen uit Oekraïne voor, wiens Engels niet altijd even goed is. Zijn karakter is dat van een puber, zodat hij wel wegkomt met ontwijkende antwoorden en vage uitspraken. Het is dus nog maar de vraag in hoeverre zo’n chatprogramma nou echt het begin is van Turing’s gedroomde wereld van intelligente computers. De gesprekken van de juryleden zijn helaas (nog) niet openbaar gemaakt, maar wie door de overvolle server komt kan zelf met Eugene praten. Informaticus Scott Aaronson publiceerde alvast zijn kritische gesprek met het chatprogramma. Eugene blijkt niet te weten hoeveel poten een kameel heeft, en geeft met de volgende uitspraak mooi blijk van zijn intelligentie: “‘Artificial Intelligence’ sounds very close to ‘Led Zeppelin’ or ‘good grief’.”
26.06.2014
22:01
Beste Richard
Interessant dat je het scheppen van niet-menselijke intelligentie een grens over vindt gaan. Ikzelf heb geen sterke mening daarover, immers dat streven is al heel oud. Het zal onze tijd wel duren, denk ik.
26.06.2014
18:08
Beste Corneel,
Voor mij zal een apparaat dat een mens perfect kan nabootsen, nooit meer zijn dan een goede acteur.
En ik heb geen zin om een dergelijk apparaat te kopen, omdat ik er geen zin in heb, om op een emotionele manier rekening te moeten houden met een apparaat.
Sommige techneuten zien de Turing test als een uitdaging, iets dat we moeten proberen te bereiken. Maar je zou het ook kunnen zien als een ethische grens, die wij niet moeten overtreden.
Op het ogenblik is de grens tussen mens, dier en apparaat scherp, en ik vind dat wij dat zo moeten houden.
Sommige eenzame mensen, vinden hun huisdier gelijkwaardig aan een kind, of plaatsen het zelfs boven een mens in algemene zin. Ik vind dat verwarde mensen, en ik vind de ondernemers die dat soort gedrag aanmoedigen, door bijvoorbeeld twintig verschillende soorten kattenvoer aan te bieden, gewoon fout bezig. Een paar duizend jaar geleden vereerden sommige mensen katten als goden, en ik vind dat we niet terug moeten naar die tijd.
In die tijden waren er ook mensen die houten of stenen beeldjes maakten, en ze vervolgens aan mensen gaven om ze te vereren als goden.
Ik zie wel een parallel tussen dat soort mensen, en techneuten die vinden dat ze apparaten moeten maken, die zo goed zijn dat we ze als gelijkwaardig tot mensen zouden moeten beschouwen.
Want wie wil er nou naar de ‘emotionele’ problemen van een apparaat gaan luisteren en het ‘helpen’, ik denk dat gewone mensen wel iets beters te doen hebben met hun leven.
26.06.2014
10:48
Beste Richard
Het uitgangspunt van de Turing test is dat er op een gegeven machines bestaan die menselijke intelligentie kunnen nabootsen. Bedoel je dat je niet gelooft dat dat uberhaupt mogelijk is, of bedoel je dat apparaten die dat daadwerkelijk kunnen nooit gelijkwaardig zullen zijn aan mensen? Ik zie ook niet in hoe dat geinformeerd wordt uit je geloof. Heb je het over de ziel?
25.06.2014
19:14
Beste Corneel.
Als gelovig mens, is voor mij een mens een mens, een dier een dier, en een apparaat een apparaat.
Een enorm netwerk van computers, zoals de Google zoekmachine, is voor mij belangrijk, maar ik voel er op geen enkele manier een soort liefde voor. Als het binnen 5 jaar weg zou zijn, (en daar kun je ook over filosoferen) dan zou ik daar niet wakker van liggen. Het zijn per slot van rekening maar apparaten.
25.06.2014
10:14
Richard
Een kat is aanhankelijk, speels, nieuwsgierig, allemaal dingen die nog niet nagebootst kunnen worden. De uitdaging van een geslaagde Turing test is dat je mens (of dier) en apparaat niet langer kunt onderscheiden. Dat je je eigen kinderen hoger inschat dan wat dan ook, ligt voor de hand. Maar zul je ook andermans kinderen hoger inschatten dan apparaten, en hoe rechtvaardig je dat als niets wat een computer doet verschilt van wat mensen kunnen?
Ik denk overigens niet dat we ons daar voorlopig zorgen over moeten maken, maar het idee is intrigerend genoeg om over te filosoferen.
24.06.2014
18:00
Beste Corneel,
Sommige mensen maken zich inderdaad zorgen, over hun eigenwaarde ten opzichte van machines, maar dat is volgens mij niet terecht.
Dat komt omdat mensen hun eigen kinderen altijd hoger zullen schatten als apparaten.
En op een ander niveau als voorbeeld, de Tamagotchi was een tijdje populair, maar de gewone luie huiskat heeft het toch gewonnen!
24.06.2014
10:31
Maar om weer On Topic te komen: De gedachte achter de Turing test levert veel interessantere filosofische overwegingen op (dat is waarom schrijvers zo dol zijn op AI). Als je het verschil niet meer ziet tussen een machine en een mens, is het dan nog ethisch om een apparaat zo te bouwen dat je de stekker er uit kan trekken? En moeten ze dan nog in dienst staan van de mens, of zijn ze dan gelijkwaardig?
24.06.2014
10:26
@Richard
Het probleem dat je aankaart gaat verder dan alleen de arbeidsmarkt. Ik vind het schokkend te zien in hoeverre (en snel) de maatschappij is doordrongen van informatietechnologie. Hoe kun je je bankzaken beheren zonder computer? Hoe doe je belastingaangifte? Hoe houd je zelfs nog contact met vrienden en familie, als je bijvoorbeeld niet kunt e-mailen? Ik vraag me serieus af of iedereen die ontwikkelingen wel kan bijbenen.
23.06.2014
20:22
Haha, tegen dat soort creativiteit kan ik natuurlijk niet op.
Ik herinner het me nog wel dat ik die film voor het eerst zag, vooral het gebruik van klassieke muziek en SF was een heel indrukwekkende combinatie, die volgens mij destijds nog niet eerder zo gebruikt was.
Maar erg realistisch is de film volgens mij niet, want mensen zullen een apparaat altijd zo bouwen, dat je er op een of andere manier de stekker uit kan trekken. Dat is gewoon een kwestie van zelfbehoud.
Wat misschien meer realistisch is, maar ook vreemd, is dat wij ‘digital devices’ meer zullen gaan zien zoals sigaretten.
Zo’n 30 jaar geleden was roken goed ingeburgerd, het behoorde tot de sociale structuur, en hoewel sommige mensen toen natuurlijk ook longkanker kregen, was de houding ten opzichte van rookwaren behoorlijk positief.
En zo zijn alle mensen jonger dan 40 jaar opgegroeid met computerspelletjes in hun jeugd, en computers in de klas en op hun werk, en vinden de meeste mensen het een geweldig apparaat. Natuurlijk zijn er ook nu al mensen die door automatisering hun baan verliezen, maar omdat zij veelal kunnen opschuiven naar andere banen valt dat nog wel mee.
Maar als de snelheid van banenverlies toeneemt (en dat zal waarschijnlijk het geval zijn), en er geen nieuwe banen voor gewone mensen meer bijkomen, kon dat wel eens omslaan. Omdat die mensen toch moeten kunnen leven, is het misschien wel denkbaar dat de overheid een hoge belasting gaat heffen op het gebruik van computers en technologie, omdat zij gewone mensen van hun baan en inkomen afhelpen.
Zoals je nu dus ook een hoge belasting hebt op sigaretten.
Misschien zeggen mensen over 10 jaar wel: ik ben een ‘victim of technology’, ik ben gewoon niet slim genoeg om nog mee te kunnen draaien in de economie. En omscholen helpt dan ook niet meer, want een robot kan je in een paar minuten omscholen, door simpelweg nieuwe software te installeren.
Tja, uiteindelijk kan niemand al te ver in de toekomst kijken, maar het is volgens mij wel goed om er af en toe over na te denken.
Regeren, is tenslotte vooruitzien
23.06.2014
16:11
Is dat het beste doemscenario dat je kunt bedenken, Richard? Je moet echt meer science fiction lezen
20.06.2014
18:57
Dat een computer geslaagd is voor de Turing test, betekent niet dat hij dezelfde kwaliteiten heeft als een mens. Het betekent wel, dat de technologie steeds verder gaat, en dat steeds meer menselijke taken door computers en robots gedaan kunnen worden.
In het begin was het alleen maar heel eenvoudig productie werk, en dacht het grootste gedeelte van de bevolking: dat zal mij gelukkig niet overkomen. Maar die mensen begaan een denkfout. Want technologie gaat steeds sneller, en dat betekent dat steeds meer complexe taken ook door computers gedaan kunnen worden.
In een tv programma zag ik nog niet zo lang geleden, iemand die heel optimistisch vertelde, dat mensen op die manier meer tijd voor zichzelf kregen, terwijl computers het werk zouden doen.
Zelf denk ik dat dit een iets te optimistisch scenario is. Zo zijn er meerdere dertigers om mij heen, waarvan ik zie dat ze achterlopen moet betrekking tot technologie die nog jongere mensen gebruiken. Volgens mij zullen er over twintig jaar veel meer mensen zijn met een permanente minimum uitkering, en de kleine groep die nu ook al rijk is, zal aanzienlijk rijker zijn.
Maar misschien is dit een doemscenario, want twintig jaar is vooral nu, een behoorlijk lange tijd.