
Wat zou u het meest gênant vinden om toe te geven: dat u niet zo goed kunt lezen en schrijven, of dat u niet zo goed bent met getallen? De Royal Statistical Society liet een onderzoek doen onder ruim 1000 mensen, en daar kwam – niet heel verrassend – uit dat meer mensen het gênant vinden om niet goed te zijn met lezen en schrijven, dan met getallen. Ook de overige resultaten van de Statistical Society zijn niet zozeer verrassend, als wel confronterend.
De deelnemers kregen een hele lijst vragen voorgelegd, specifiek over statistiek. De vragen liepen uiteen van vragen over het imago van statistiek, zoals de vraag hierboven. Maar ook over het gebruik van statistiek in de media (mensen waren over het algemeen niet erg enthousiast over de manier waarop kranten statistieken presenteren) en over statistiek in de politiek.
De deelnemers moesten ook een aantal vragen beantwoorden over statistische vraagstukken. Bijvoorbeeld deze: hoe groot is ongeveer de kans dat iemand in Groot-Brittannië in het komend jaar slachtoffer wordt van een verkeersongeluk? En hoe groot is ongeveer de kans dat jij zelf in het komend jaar slachtoffer wordt van een verkeersongeluk? Verbazingwekkend genoeg gaven de deelnemers bijna dezelfde antwoorden op deze twee vragen. Terwijl de kans dat iemand een verkeersongeluk krijgt toch echt veel groter is. Vergelijk het met een loterij (al is deze vergelijking wellicht wat cru): iemand zal zeker de hoofdprijs winnen, maar de kans dat jij hem wint is heel klein.
Tenslotte een leuk detail: de deelnemers gaven ook aan hoeveel vertrouwen ze hadden in verschillende beroepsbeoefenaars wanneer die praten over statistische informatie. Wetenschappers genieten gelukkig groot vertrouwen onder de deelnemers van dit onderzoek. Politici zijn daarentegen niet te vertrouwen: 54% van de deelnemers vulde voor het vertrouwen in politici in: “none at all”.
Bekijk zelf de resultaten van het onderzoek.
05.06.2013
12:15
@Corneel: Dat is waarschijnlijk het roze-brileffect; uit (pre-Stapel)psychologisch onderzoek blijkt dat de overgrote meerderheid zich een betere chauffeur acht dan gemiddeld. Daar zit weer een attributie-vooringenomenheid achter: maakt een andere chauffeur een fout, dan is het een sukkel, maak je zelf een fout, dan komt het door de omstandigheden. Je ziet het verschijnsel ook op andere terreinen. Zelfoverschatting en overoptimisme is eerder regel dan uitzondering. Depressievelingen lijden hier minder aan en blijken realistischere inschattingen te maken.
@Charlotte: Enig idee waarom sommige vragen op ruim 500 respondenten gebaseerd zijn en andere op ruim 1000? Niet om het een of ander, ik vroeg het me gewoon af.
05.06.2013
09:35
@Charlotte
Ja, de vragen zijn slordig geformuleerd. Jammer, want er zitten leuke ideeen in. De vragen 14 en 15, waar zwakheden van ons inschattingsvermogen zichtbaar worden gemaakt, zijn leuk bedacht. Ook is het verbijsterend dat het merendeel van de respondenten zegt vertrouwd te zijn met getallen, maar dan een bok schiet bij eenvoudige statistische problemen (Q6).
05.06.2013
09:27
Tom van Diepen zei:
je kunt wel degelijk legitiem de kans op ongelukken voor een willekeurig iemand hoger (of lager) inschatten dan voor jezelf
Maar het punt is dat de gemiddelde kans identiek had moeten zijn. Dat is niet zo: Mensen schatten hun eigen risico lager in. Blijkbaar nemen mensen ook niet legitieme overwegingen mee
04.06.2013
10:46
Volledigheidshalve: de (of een) ambiguïteit zit in Q5 (bedoelen ze 5, 10 en 15 of -5, 10 en 15?), de (een) fout in Q14 (1 op 10.000 is niet 0,1%).
04.06.2013
10:39
@Corneel: ik had uw antwoord niet goed gelezen en te vlug (en chagrijnig) gereageerd. Pardon! Maar het is niet dezelfde truc: bij Q15 is de geschetste situatie, ondanks verschillende formuleringen, wezenlijk dezelfde, terwijl Q14 verschillende situaties schetst; je kunt wel degelijk legitiem de kans op ongelukken voor een willekeurig iemand hoger (of lager) inschatten dan voor jezelf (bijvoorbeeld omdat je nauwelijks buiten komt of, anderzijds, gewend bent straalbezopen in je Maserati te stappen).
04.06.2013
10:14
@Tom en Corneel: misschien was het inderdaad de bedoeling om de vragen anders te interpreteren dan ik in mijn stukje deed… Dan zijn ze op z’n minst erg ambigu geformuleerd.
04.06.2013
09:57
Ik had het – net als u in uw stukje trouwens – over Q14.
04.06.2013
09:27
Tom van Diepen zei:
De respondenten hebben die vraag m.i. terecht anders geïnterpreteerd
Sterker nog: Ik denk dat dat juist de bedoeling was. De vraag daarop bevat dezelfde truuk:
Q15a Imagine you have a life-threatening illness and your doctor has told you that you need an operation to treat it. Your doctor tells you that 90% of people who have the operation are alive for at least 5 years following the operation. How likely, if at all, are you to have this operation?
en daarna:
Q15b Imagine you have a life-threatening illness and your doctor has told you that you need an operation to treat it. Your doctor tells you that 10% of people who have the operation die within 5 years of the operation. How likely, if at all, are you to have this operation?
Het antwoord zou natuurlijk identiek moeten zijn, maar meer mensen kiezen voor de operatie n.a.v. de formulering in 15a.
03.06.2013
20:46
Hier mag toch wel bij verteld worden dat het juiste antwoord op “hoe groot is ongeveer de kans dat iemand in Groot-Brittannië in het komend jaar slachtoffer wordt van een verkeersongeluk?”, t.w. nagenoeg 100%, niet in de antwoordopties voorkomt. De respondenten hebben die vraag m.i. terecht anders geïnterpreteerd, namelijk als “”hoe groot is de kans voor iemand in Groot-Brittannië om etc.” Verder bevat het onderzoek, als het correct is weergegeven, minimaal 1 ambiguïteit en 1 fout. Slordig hoor.