
Bioloog Sjaak Swart schreef op Kennislink over Europa’s angst voor genetische modificatie. Dr. Sjaak Swart (1951) is universitair hoofddocent Wetenschap en Samenleving aan de Science & Society Group van de Rijksuniversiteit Groningen. Hij doet onderzoek naar duurzaam natuurbeheer en biotechnologie. Daarnaast is hij lid van COGEM en CBD, commissies die de overheid adviseren over genetische modificatie. Rijksuniversiteit Groningen.
Onlangs concludeerde een Franse studie dat genetisch gemodificeerde mais in combinatie met een veelgebruikt onkruidbestrijdingsmiddel onder ratten tot vroegtijdige sterfte leidde en dat deze dieren ook ernstige tumoren ontwikkelden. Greenpeace eiste vervolgens dat de toelating van deze mais, die al jaren in Europa aan het vee wordt gevoerd, opgeschort zou worden en dat er strengere testen moesten komen. Diverse wetenschappelijke instituten maakten echter brandhout van het Franse onderzoek dat slecht was opgezet en waarvan de resultaten ook verklaard konden worden door toeval.
Het is opmerkelijk dat een onderzoek, waarvan experts beweren dat het onder de maat is, zoveel aandacht krijgt in de media. Bij veel mensen blijft wel zoiets hangen als dat genetisch gemodificeerde gewassen toch een risico inhouden. Echter, geen enkel voedselgewas wordt waarschijnlijk zo streng beoordeeld op mogelijke risico’s als een genetisch gemodificeerd voedselgewas. Maar dat levert kennelijk geen vertrouwen op.
Vanwege dat ontbrekende vertrouwen heeft Europa min of meer besloten geen genetisch gemodificeerde gewassen voor menselijke consumptie te gebruiken. Sommige gewassen zijn desondanks wel toegelaten, zoals een genetisch gemodificeerde aardappel waaruit op efficiënte wijze industrieel zetmeel kan worden gewonnen. Er zijn echter nauwelijks boeren die deze gewassen willen telen. De vraag ontbreekt en winkelketens durven genetisch gemodificeerde gewassen niet op de schappen te zetten; bang als men is voor een consumentenboycot.
Dat is niet zo raar want consumenten hebben nauwelijks voordelen van de twee soorten genetische modificatie die wereldwijd 99% van alle toepassingen uitmaken. De eerste is gewassen ongevoelig maken voor onkruidbestrijdingsmiddelen zodat onkruid bestreden kan worden zonder het eigen gewas te doden. De andere toepassing is gewassen zelf een insectenbestrijdingsmiddel te laten produceren waardoor vraatzuchtige insecten het loodje leggen. Deze toepassingen hebben voordelen voor de boer maar nauwelijks voor de consument omdat teeltkosten weinig effect hebben op de prijs die hij betaalt. De gemiddelde Europese consument besteedt bovendien maar een klein deel van zijn inkomen aan voedsel. Dus waarom zouden we genetisch gemodificeerde gewassen op ons bord leggen?
Dat is in Afrika wel anders. De toename van de bevolking is daar groter dan de toename van de voedselproductie. Al jaren is daar een voedselcrisis die alleen maar groter dreigt te worden. Sommige Afrikaanse landen willen door genetische modificatie gewassen maken die beter bestand zijn tegen droogte, verzilte gronden en ziektes, en die kunnen bijdragen aan de noodzakelijke voedselproductie.
Natuurlijk zijn er ook andere voorwaarden en heeft de honger ook sociale en politieke oorzaken. Maar die zijn ook niet gemakkelijk te verhelpen. Genetisch modificatie, mits voldoende getest en aansluitend bij de noden van de kleine boer, kan bijdragen aan de voedselsituatie.
Europa wil geen genetisch gemodificeerde voedselproducten invoeren, maar zij is wel een belangrijke afzetmark voor voedselproducenten in Afrika. Die wil men daar niet verliezen. Dit leidt er toe dat men daar zeer terughoudend is in de toepassing van genetische modificatie die er wel toe zou kunnen doen voor de Afrikaanse consument die meestal ook boer is. De Europese angst voor genetische modificatie beperkt daardoor innovatieve ontwikkelingen in de Afrikaanse landbouw.
24.03.2013
14:27
De mens staat al boven aan de voedselketen en bijna alles gaat al zoals de mens dat wil. Laat dan in ieder geval het enige wat echt nog van de natuur was dan ook echt aan de natuur over.
25.11.2012
01:02
quote: “Deze toepassingen hebben voordelen voor de boer maar …”
Er zijn studies die aantonen dat neonicotinoïdepesticide het richtingsgevoel van bijen aantast en de bijen bovendien vatbaarder zijn voor schadelijke parasieten.
Met andere woorden… Klopt dat, dat deze toepassingen voordelen voor de boer hebben? Hoe zit het met het verband tussen genetisch gemodificeerde gewassen die beter resistent zijn tegen (steeds zwaardere) bestrijdingsmiddelen zoals neonicotinoïdepesticide en massale bijensterfte?
20.11.2012
11:19
Genetische modificatie is vrij zinloos. Het geeft alleen bedrijven een instrument om een patent te doen op zaden. Het zorgt niet voor minder pesticidengebruik (eerder meer) en het zorgt niet voor hogere opbrengsten. Voorts ontstaan ‘superweeds’ Waardoor de boer afhankelijk wordt van pesticiden en de toeleveringsbedrijven. Ik begrijp wel waarom Europa huiverig is. Het onderzoek van de Fransen was misschien niet heel goed opgezet, maar hun weerwoord is voor mij interessant genoeg om ook de ‘voordelen’ die de industrie geeft me niet meteen te laten overtuigen. http://zaplog.nl/zaplog/article/negen_vragen_en_antwoorden_over_gmo_onderzoek_seralini
16.11.2012
22:03
Zou het niet geweldig zijn, als we het wereld voedsel probleem met genetische modificatie zouden kunnen oplossen? Het is een nobele doelstelling, maar volgens mij is het niet de juiste oplossing.
Als ik het goed begrijp, kan de oogst van een genetisch gemodificeerd gewas niet gebruikt worden om het daaropvolgende jaar mee te zaaien. Dit is dus iets heel anders dan traditionele zaden, waarmee dat wel kan, en het raakt dus ook aan de traditionele cultuur van Afrikaanse boeren. Nu denken westerse mensen wellicht, als ze maar te eten hebben is dat geen bezwaar, maar dat is volgens mij een typische fout die westerse mensen in dit soort situaties maken.
Een tweede punt, is dat als je ieder jaar nieuwe zaden moet kopen, dan heb je een stabiele economie nodig, en ben je als land ook afhankelijk van een paar westerse bedrijven. In dat opzicht heeft een dergelijk gewas een politiek component, zoals olie, en het gemiddelde Afrikaanse land zit daar beslist niet op te wachten.
En dan heb ik nog een bezwaar tegen genetische modificatie zelf, dat ik zal uitleggen met een vergelijking.
In een kleine auto hoort een kleine motor, en in een grote auto hoort een grote motor. Dat past gewoon bij elkaar. Maar je hebt mensen, die het geweldig vinden om een grote motor in een kleine auto in te bouwen. Dat is ook leuk om te zien, maar bij de veel hogere snelheden met de verbouwde kleine auto, is dat gewoon gevaarlijk. En hetzelfde beeld heb ik bij genetisch gemodificeerde gewassen.
Evolutie is zoals een ballon die je langzaam opblaast. Het breidt zich uit, zoals de ballon, maar het is allemaal ten opzichte van elkaar. Maar een genetische modificatie zorgt ervoor dat je wellicht 1000 jaar natuurlijke evolutie in 1 jaar bereikt. Het is dus alsof je een gewas uit het jaar 3012 gaat planten in 2012. Voorstanders zullen zeggen, het gaat al meer dan 10 jaar goed, maar dat overtuigt mij niet echt. Want de kans om een loterij te winnen is misschien minder dan 1 op een miljoen, maar vroeg of laat wordt hij door iemand gewonnen. En dat is wat mensen volgens mij huiverig maakt m.b.t. genetische modificatie.
En, als laatste, je kunt vitamines inbouwen in gewassen, en zeggen dat mensen ermee geholpen worden. Dat lijkt op een mooie economische oplossing, maar het is eigenlijk een lapmiddel, dat een echte oplossing in de weg staat. Want de echte oplossing, is een meer eerlijke voedselverdeling, en dat is een politiek probleem. De belangrijkste problemen in onze wereld zijn volgens mij geen wetenschappelijke problemen. Het zijn menselijke problemen.