Ik heb geen verhoogd risico op hartfalen, dus ik ga niet dood
Verschenen in Focus, Nieuws, Volkskrant
‘Klim eens in je eigen DNA’, kopte nrc.next vorige week donderdag op de voorpagina. Een leuke aanmoediging, maar niet het uiteindelijke advies dat wetenschapsredacteur Lucas Brouwers in het bijbehorende artikel gaf. Integendeel, genetische zelftesten zijn niet de moeite waard, was zijn conclusie. Ter ondersteuning ervan voerde hij het DNA van zijn oma op. Een originele aanpak, maar wel met verschillende drogredenen tot gevolg.
De drogreden is de geheime dienst van de logica; ongrijpbaar, opererend buiten de wet en zeer effectief. En dus mateloos populair, met name bij politici. Bijvoorbeeld bij Mona Keijzer (‘het is best oké dat ik homo’s niet zou willen trouwen, want ik vind het ook oké dat jij homo bent’). Ook voor- en tegenstanders van DNA-testen nemen het in het algemeen niet zo nauw met argumentatieregels. Beide kampen maken zich bijvoorbeeld schuldig aan overhaaste generalisaties; ze laten hun eigen DNA ‘doen’, en baseren hun oordeel over genetische testen uitsluitend op de resultaten daarvan. Iedereen weet dat conclusies op basis van n=1 onzinnig zijn, en toch kunnen velen de verleiding niet weerstaan.
Ook Brouwers doet aan overhaaste generalisatie; de resultaten uit het DNA van zijn oma zijn voor hem voldoende om te concluderen dat de DNA-test niet deugt. Hij begaat echter ook een andere drogreden, die veel lastiger te doorgronden is. Brouwers schrijft: “Door mijn oma’s ziekterisico’s te vergelijken met de kwalen die ze daadwerkelijk kreeg, wordt duidelijk wat een gentest anno 2012 nu eigenlijk waard is”. Uiteindelijk concludeert hij dat de zelftest momenteel niets oplevert, maar daarmee verwart hij de noodzakelijke met de voldoende voorwaarde; in argumentatieland bekend als de ‘ontkenning van het antecedent’.
Om drogredenen te doorzien of te analyseren, maken kenners van argumentatie (zoals filosofen en taalbeheersers) vaak gebruik van klassieke syllogismen, bijvoorbeeld:
Alle advocaten hebben rechten gestudeerd. (Ofwel: Als iemand advocaat is, dan heeft hij rechten gestudeerd (als a, dan b).)
Piet Hein is advocaat (bevestiging antecedent; a is het geval).
Dus Piet Hein heeft rechten gestudeerd (consequens; dus b is het geval).
Met dit syllogisme is niets mis; het is een logisch geldige redenering. Correcte toepassing van de regels van de logica leidt tot de conclusie dat Piet Hein rechten gestudeerd heeft. Het gaat pas fout als het tegenovergestelde aan de hand is – wanneer Piet Hein dagelijks naar het Binnenhof fietst, en niet naar zijn advocatenpraktijk. Het ligt dan voor de hand om te concluderen dat hij geen rechten heeft gestudeerd. Maar dat hoeft natuurlijk niet. Ook meesters in de rechten kunnen namelijk vicevoorzitter van de Raad van State worden.
Ook Brouwers trapt in deze valkuil. Als de testvoorspellingen overeenkomen met de daadwerkelijke kwalen, zo redeneert hij, is een test waardevol (als a, dan b). Hij constateert echter dat de voorspellingen niet overeenkomen met de daadwerkelijke kwalen van zijn oma (a is niet het geval). En vervolgens concludeert hij meteen ook maar dat de test niet deugt (dus b is niet het geval). Toch kan de test nog steeds waardevol zijn, maar dan om andere redenen. De resultaten kunnen bijdragen aan genetisch onderzoek, en zowel hijzelf als zijn oma maken kennis met technologie van de toekomst.
Het lijkt een theoretische discussie; er is toch niemand die zijn leefpatroon drastisch verandert als gevolg van resultaten uit een DNA-test, dus waarom zo’n ophef? Om er nog maar eens een drogreden in te gooien (een slippery slope): als Brouwers opinieleider was geweest, dan had dit enorme impact gehad. Mensen zouden genetische zelftests als onzin bestempelen, het bedrijf boycotten, en de genetica in het algemeen wantrouwen. Nu is Brouwers geen opinieleider (hoewel natuurlijk wel redacteur bij een gerenommeerde krant), maar hij is niet de enige die drogredenen gebruikt om een oordeel te vellen over genetische zelftests. Collectief zou dat kunnen leiden tot tanend vertrouwen in de genetica, en gecombineerd met andere drogredenen rondom onderzoek (Stapel heeft gefraudeerd; Stapel is wetenschapper; dus alle wetenschappers frauderen), misschien zelfs tot minder vertrouwen in de wetenschap in het algemeen.
Natuurlijk, we moeten de wetenschap en toepassingen die daaruit voortvloeien, blijven toetsen. Eenzijdige PR vóór al het wetenschappelijke is geen goede zaak. Het ontraden op basis van oneigenlijke argumenten is dat echter ook niet. Ook al heb ik geen verhoogd risico op hartfalen, ik ga toch gewoon dood.
30.08.2012
08:20
Excuses voor mijn late reactie. Hierboven heb ik geprobeerd om niet in te gaan op de werking van de tests; daarover is al vele malen geschreven op SciencePallooza,. Bovendien weet iedereen dat de voorspelde risico’s van genetische testen niet realistisch zijn; ook ik krijg iedere week een email van 23andMe waarin mijn risico’s zijn aangepast op voortschrijdend wetenschappelijk inzicht. Het stuk van Brouwers biedt wat dat betreft ook geen nieuwe inzichten. Hij suggereert echter dat dat wel zo is, en dat we nu voor eens en voor altijd weten dat die tests niets waard zijn. En daar maakt hij de logische denkfout. Omdat ook de logica een wetenschap is, en ik daarop geen expert ben, heb ik een bevriende argumentatie-expert geraadpleegd om te zorgen dat ik hier geen onzin zou verkopen, en de discussie zich inderdaad zou richten op de echte waarde van de testen, en dat is niet hun voorspellende waarde.
28.08.2012
19:21
Als de kans op een bepaalde ziekte niet 100% is, is het enige nut dat ik in de test zie, in hoeverre je er rekening mee moet houden, dat je de ziekte kan krijgen. Heb je een hoge kans op een ziekte, dan zou je jezelf tegen de eventuele kosten ervan kunnen indekken door middel van een verzekering. Als de kans niet 100% is, is dit volgens mij de enige nuttige waarde van de test.
28.08.2012
15:56
Ha Terry, leuk om te zien dat jij hier het stuk uit de NRC kritisch bekijkt.
Alleen ik denk dat de fout niet zozeer zit in logische redeneringen, maar in het gebruik van kansen. Immers, als jij wel een verhoogd risico hebt op hartfalen (laten we hopen van niet), dan kan het nog steeds heel goed zijn dat je daar nooit last van krijgt.
Vergelijk het maar met een dobbelsteen: de kans dat ik 6 gooi is (bij een eerlijke dobbelsteen) altijd 1/6. Als ik vervolgens geen 6 gooi, betekent dat niet dat ik daarna moet concluderen dat de kans blijkbaar bij voorbaat al 0 was.
Als zo’n genetische zelftest resultaten presenteert in de vorm van kansen (in plaats van logische implicaties), kun je dus al helemaal niks concluderen aan de hand van Brouwers’ oma. Dit is trouwens wel weer terug te brengen tot logische implicaties waarbij de implicatie maar een kant op geldig is (zoals jij hierboven beschrijft).
Ik denk dat dit soort kansen voor mensen heel moeilijk te interpreteren zijn. Weet jij hoe 23andMe de testresultaten presenteert?
28.08.2012
13:38
Beste Terry, volgens mij wijs je de verkeerde schuldige aan. Niet Brouwers, maar de aanbieder van de test, 23andMe, maakt zich schuldig aan jouw drogredenering door bevindingen over risico’s op het niveau van onderzoekspopulaties onverkort van toepassing te verklaren op individuen. Je kunt vervolgens alsnog stellen dat 23andMe op andere manieren goed werk doet, maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat -hun test- deugt.
25.08.2012
11:16
Tyrion schreef: “Omas geval laat zien dat de test geen enkele voorspellende waarde heeft, en daar mee waardeloos is.”
Terry schreef:” Iedereen weet dat conclusies op basis van n=1 onzinnig zijn, en toch kunnen velen de verleiding niet weerstaan.”
Wat de waarde van dit soort tests betreft, lijkt het me dus belangrijk, om per test aan te geven hoe groot de kans op een ziekte is, bij een positieve uitslag.
24.08.2012
18:28
Terrys redenering that b waar kan zijn zonder dat a waar is, klopt, maar wat betekent dat hier? Dat de test waardevol kan zijn ook als de testvoorspellingen niet overeenkomen? Wat is dan in vredesnaam de waarde, Terry, van een test die geen voorspellende waarde heeft?
Dit stuk is een blamage, een duidelijk geval waarin de term “wetenschap” wordt gebriukt voor een oneigenlijk argument, voor het optrekken van een rookgordijn, een drogreden. Een test is waardevol UITSLUITEND wanneer de voorspellingen uitkomen: dit is geen implicatie, geen logisch gevolg, maar een kwalificatie, een definitie. Geen geval van ‘als a dan b’, maar ‘a dan en slechts dan wanneer b’. Het voorspellende karakter is een NOODZAKELIJKE voorwaarde voor het waardevol zijn van de test, niet alleen een antecedent.
Bovendien, Oma’s geval is geen tegenvoorbeeld voor “Als de testvoorspellingen overeenkomen met de daadwerkelijke kwalen, is een test waardevol”, maar voor “als de test iets voorspelt, dan gebeurt dat ook”. DAT is de echte implicatie. Omas geval laat zien dat de test geen enkele voorspellende waarde heeft, en daar mee waardeloos is.
Je doet er goed aan de volgende keer een logicus te raadpleegen, in plaats van anderen te beschuldigen van percies datgene waaraan je je hier schuldig maakt.