“De ziekenhuizen stromen gestaag vol met mensen met hevige koorts, spontane bloeduitstortingen en uitdrogingsverschijnselen. Alarmerende berichten in de media drijven mensen, ook gezonde massaal naar de ziekenhuizen. Besmette patiënten worden te laat geïsoleerd waardoor de ziekteverwekker zich snel kan verspreiden. De beurzen storten in, mensen blijven thuis en de straten liggen er verlaten bij; het is te laat om de epidemie nog te stoppen. Overheden en de medische wetenschap worden ruw wakker geschud. Aan alles blijkt een tekort te zijn: de farmaceuten kunnen de vraag naar antivirale middelen niet aan, er zijn nergens genoeg mogelijkheden om grote groepen patiënten te isoleren en er is geen vaccin. Als onderzoekers op miraculeuze wijze een werkend vaccin weten te ontwikkelen, blijkt er in de industrie te weinig capaciteit voor productie. Westerse landen staan voor in de rij om hun deel op te eisen, in ontwikkelingslanden komt de klap het hardste aan.”
Ebola en HIV
Met dit toekomstbeeld voor 2015 begon ik twee jaar geleden het eerste hoofdstuk van het boek “In de toekomst is alles fantastisch”. In de rest van het hoofdstuk beschreef ik hoe een aantal beroemde virussen zoals Ebola en HIV zeer enge ziekteverwekkers zijn maar niet de karaktereigenschappen bezitten om binnen enkele maanden een super dodelijke pandemie te veroorzaken waaraan miljoenen mensen bezwijken. Om dat voor elkaar te krijgen moet je als ziekteverwekker al besmettelijk zijn voordat de patiënt aan het bed gekluisterd ligt. Immers als je je niet meer onder de mensen begeeft verspreid de ziekte zich niet. Ebola is geen goede kandidaat omdat mensen te snel, te hevig ziek en bedlegerig worden; een epidemie kan razendsnel opkomen maar dooft ook snel weer uit. HIV is juist wel besmettelijk voordat iemand ziekteverschijnselen vertoont maar de ziekte ontwikkelt zich te langzaam en besmet raken gaat via een omslachtige manier. HIV is gevaarlijk en heeft al aan miljoenen mensen het leven gekost maar een razendsnelle pandemie is uitgesloten.
Influenza
Het zou best een onbekende ziekteverwekker kunnen zijn die volgende maand, over een jaar of in 2015 een zeer dodelijke pandemie veroorzaakt, maar de beste kanshebber die we kennen is influenza. Sinds de 16e eeuw heeft influenza zo’n negen keer vreselijke epidemieën veroorzaakt in Europa en Amerika. De meest bekende is die van 1918 met zo’n 20 – 40 miljoen doden; rond de 2.5% van de toenmalige wereldbevolking. Naast het potentieel dodelijke karakter van influenza kan het zich ook snel verspreiden (je bent al besmettelijk voordat je je echt ziek voelt). Gelukkig komen deze twee eigenschappen, makkelijk te verspreiden en zeer dodelijk, niet vaak tegelijkertijd voor in het virus. Dat hangt van heel wat (onbekende) factoren af en wanneer die factoren een keer bij elkaar komen is onmogelijk te voorspellen.
Waakzaamheid
Het enige wat we kunnen doen is zeer oplettend blijven, alle uitbraken van ziektes in de wereld zo goed mogelijk proberen te volgen (zoals o.a. de WHO probeert te doen) en soms overtrokken en met veel zorg reageren zoals nu gebeurd lijkt te zijn met de varkensgriep. Maar nog niet te vroeg gejuicht, zoals Mark schreef, weten we nog steeds niet hoeveel mensen er besmet zijn geraakt en weten we dus niet hoe besmettelijk en dodelijk de variant werkelijk is. Daarnaast kan het virus in het najaar terugkomen, net iets besmettelijker, net iets ziekmakender en net iets dodelijker, net zoals in 1918.
Een arts in Mexico
Even terug naar de toekomstvoorspelling aan het begin van het stuk. Gisteren sprak ik Luis, een goede kennis en arts in Mexico-stad. Hij werkt in een van de beste ziekenhuizen van het land en was dicht betrokken bij de opname van de eerste varkensgriep gevallen. Hij beschreef me hoe dicht het openingstuk bij de werkelijkheid ligt.
Mexico-stad is dood
Bijna twee weken voordat het er enigszins op leek dat er zich een gevaarlijke ziekte door de stad verspreidde werd een zeer zieke patiënt bij de eerste hulp opgenomen. Niet veel later werden 14 patiënten in diezelfde eerste hulp steeds zieker en vertoonden dezelfde symptomen als de nieuw opgenomen patiënt. De ergste gevallen werden naar de “intensive care” verplaatst en meer dan de helft van de patiënten overleefden het niet. Voordat er strenge quarantaine regels waren ingesteld en het duidelijk was dat een nieuwe influenza variant de boosdoener was waren er al duizenden mensen het ziekenhuis in en uit gegaan en vertoonden ook artsen en zusters griepverschijnselen. Het ziekenhuis werd afgesloten en geen hond mocht er nog in of uit. Vervolgens bereikten verhalen uit andere ziekenhuizen Luis, in één ziekenhuis stierven in een enkele nacht 10 patiënten met griepverschijnselen. Niet veel later besloot de regering het openbare leven stop te zetten. Bioscopen en scholen en vele winkels en restaurants werden gesloten. Mensen bleven thuis en de stad was op één slag dood.
Wachten op nog dodelijker
Nu gaat het beter volgens Luis, de Tamiflu voorraden zijn aangevuld en zijn op recept verkrijgbaar. Langzaam komt de stad weer tot leven. Wel zijn Luis en zijn collega artsen geschrokken. Voornamelijk omdat het allemaal zo razendsnel ging. De meeste artsen en zusters zijn blootgesteld geweest aan het virus, ze hebben als voorzorgsmaatregel Tamiflu moeten slikken en er is minstens 1 collega arts aan de griep overleden. De ziekenhuizen raakten nu al razendsnel verstopt en de ziekte lijkt zich zelfs in eerste instantie via de ziekenhuizen te hebben verspreid. Luis vraagt zich dus af hoe het de volgende keer zal gaan wanneer er misschien geen medicijn voorhanden is en de ziekte nog dodelijker is. Tja, dat moeten we ons misschien allemaal maar eens afvragen…
De naam van de betreffende arts is gefingeerd
07.05.2009
22:46
bedankt! erg interssant allemaal.
Erna
07.05.2009
21:06
Das wel een goeie vraag en hangt van een boel factoren af: de snelheid van verandering (mutaties of het mixen van verschillende lijnen), de populatie grootte van het virus in het reservoir en de gastheer, de plek waar het virus in de gastheer groeit, hoe het ziekte veroorzaakt en hoe het wordt doorgegeven.
Het hele myxomatose gebeuren is uiteindelijk een soort extreem groot experiment geweest en heeft geleid tot zowel de selectie voor resistente konijnen als het uitgroeien van minder virulente stammen; die stammen waren minder snel dodelijk en hadden langer de kans om zich via muggen naar nieuwe konijnen te verspreiden, die eerste virulente lijn doofde uiteindelijk uit en verdween omdat het aantal beschikbare konijnen steeds minder werd en de virulente stam maar kort de tijd had om een nieuwe gastheer te vinden.
Met Ebola zou dat ook kunnen gebeuren en er zijn ook meer en minder virulente stammen van het virus bekend. Probleem is dat besmettelijkheid hier te maken heeft met de mate waarin iemand ziek is. Ebola groeit ten koste van allerlei zachte weefsels in je lichaam, veroorzaakt interne bloedingen en verspreid zich via bloed en lichaamsvloeistoffen. Groeit het virus niet hard dan is er weinig schade in je lichaam en ben je niet heel erg besmettelijk. Groeit het virus hard dan veroorzaakt het veel schade en ben je besmettelijk. Dus eerst zou het virus zo moeten veranderen dat het in het lichaam kan groeien zonder schade aan te richten en dat lijkt onmogelijk.
Ik hoop dat dat een beetje duidelijk is en niet al te kort door de bocht. Andere factoren die ook zeer belangrijk zijn voor de evolutionaire mogelijkheden zijn de structurele beperkingen van een virus en hebben te maken met hoe een virus is opgebouwd, wat de plaats van infectie in het lichaam is en voor welke cellen een virus affiniteit heeft.
07.05.2009
18:45
Interessant stuk Tim.
Ik vraag me af of Ebola zou kunnen muteren naar een minder virulente variant. Waarom is daar geen selectie op? er hoeft maar 1 kreupel virus te onstaan dat iets minder virulent is, en het zal zich wellicht verspreiden. Net zoals de konijnen in Austalie en het Myxoma virus: dat was in eerste instantie dodelijk voor 99% van de konijnen, maar daarmee was er dus een super selectiedruk op iets minder virulente virussen, toch? Of heb ik weer es de klepel horen luiden?
groetjes Erna